Zo was er eerder deze week het bericht dat het Zorginstituut Nederand de minister van VWS zal adviseren het dure longkankermedicijn Nivolumab niet langer te vergoeden. Het middel is te duur in verhouding tot de vaak beperkte verlenging van de levensduur die het oplevert. Ongetwijfeld is dit een moeilijke afweging geweest, want de betrokken adviseurs zullen zich zeker bewust zijn geweest van het feit dat met hun beslissing in de toekomst patienten zonder Nivolumab eerder zullen overlijden.
Zelfs als je vindt dat er ergens een streep getrokken moet worden – het ene middel wel, het andere niet meer vergoed – dan zul je je toch achter de oren krabben bij het bericht dat dergelijke medicijnen in Nederland vaak duurder zijn dan in ons omringende landen. Uit onderzoek van de Erasmus Universiteit in Rotterdam is gebleken dat farmaceutische bedrijven met ieder land afzonderlijk onderhandelen over de prijs van een middel. Om samenwerking van de inkopende landen tegen te gaan, bedingen de farmaceuten een geheimhoudingsplicht. Nederland weet op die manier niet wat Duitsland of België voor hetzelfde medicijn betaalt. De Erasmus Universiteit weet dat nu dus wel. Van negen medicijnen waarvan de prijs per land werd vergeleken, zat Nederland in het geval van zeven medicijnen in de top drie van landen die er het meest voor betaalden. Spanje weet bijvoorbeeld 40 procent korting op de prijs van het medicijn ipilimumab (tegen melanoom) te bedingen en Nederland slechts 2 procent. Geen wonder dus dat instanties in Nederland nu over elkaar heen buitelen om te vertellen dat ze de inkooppraktijk willen verbeteren. KWF Kankerbestrijding pleit voor een Europees inkoopbeleid en ook als het niet gaat om medicijnen die kanker bestrijden, maar om longmedicijnen voor Astma en COPD-patiënten, wordt nu de aanval op de famaceutische industrie in gezet: zorgverzekeraar VGZ en het UMC Maastricht gaan gezamenlijk en dus op grote schaal inkopen, want, zegt VGZ, de kosten zijn nu onnodig hoog. Prachtig, maar de vraag is natuurlijk hoe lang die kosten al onnodig hoog zijn. Hoe lang Nederland door farmaceuten achter de rug om uitgelachen wordt over het gemak waarmee zij veel meer geld schuift dan Spanje voor ipilimumab. Dat grootschalig inkopen de prijs drukt, is kennis die we immers al jaren in huis hebben, want met die wetenschap worden bureaustoelen, advertentieruimte, bedrijfsauto’s en noem maar op ingekocht. Hoe meer je afneemt, hoe lager de prijs. Bij de inkoop van medicijnen komen we er blijkbaar nu pas achter dat het ook op die manier kan. Minister Schippers was er dan ook als de kippen bij om het slimme ondernemerschap van VGZ en het UMC Maastricht haar zegen te geven. Geen wonder: zij moet de kosten van de gezondheidszorg omlaag brengen en kan berichten over onnodig dure medicijnen niet gebruiken. Voor haar zijn de prijzen van medicijnen zo langzamerhand een hoofdpijndossier. Maar hoofdpijn is een probleem waar een eenvoudige paracetamol goed helpt. En die dingen kosten ook nog bijna niks. Gepubliceerd op www.zorgebelang-nederland.nl |